Aanpak en opvolging van bedrijven in het kader van de Fipronilproblematiek

In deze problematiek is er nog weinig klaarheid, maar als er één zaak nu reeds duidelijk is dan is het dat de boer wederom het slachtoffer is van een enkele toeleverancier die het niet zo nauw neemt met de regels.
Alle legkippenhouders worden door het FAVV gecontroleerd en de meeste zijn IKB en KAT (Verein für kontrollierte alternative Tierhaltungsformen, afgekort KAT) gecertifieerd. Eén van de vereisten van deze labels is dat er enkel gewerkt mag worden met toeleveranciers die ook over de nodige certificaten beschikken.
Als boer zou je er dan op moeten kunnen vertrouwen dat niet enkel jij, maar ook de anderen in de keten goed bezig zijn. Dit is ook nodig. Hoe kan immers de consument vertrouwen hebben in onze producten als we zelf onze toeleveranciers niet zouden kunnen vertrouwen.
Het lijkt erop dat het FAVV goed werk aflevert en duidelijk handelt en communiceert zonder paniek te zaaien. Het is nu aan de certificeringsorganisaties om ook duidelijk te communiceren dat dit een éénmalige calamiteit is en dat mede door hun werk de pluimveesector (en bij uitbreiding alle sectoren in de landbouw) een huis van vertrouwen is.
In bijlage vindt u de laatste berichtgeving van het FAVV. Hierin wordt duidelijk vermeld wat de richtwaarden zijn en maatregelen bij eventuele overschrijding.